Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [21]Zie, Hij zal [22]roven, wie zal het Hem doen wedergeven? Wie zal tot Hem zeggen: Wat doet Gij? 21. Dat is, Hij zal den mensen, om hunner zonden wil, hun goed en leven, dat Hij hun gegeven had, ontnemen. 22. Vergelijk 2 Sam.16:10; Jes.45:9; Jer.18:6; Rom.9:20.